✓ Klant-specifieke aluminium profielen
Hardheidscoderingen aluminium
Basis behandeling/toestand |
Tweede behandeling |
Hardheid (alleen voor H-toestand) |
F Fabricagetoestand |
||
O Zachtgegloeid |
||
H Koudvervormd |
1. koudvervormd Het band of plaat is alleen door koud vervormen op de juiste hardheid en sterkte gebracht. Na het koudvervormen heeft men dus geen gloeien of stabiliseren (verhitten bij lage temperatuur) toegepast. 2. Koudvervormd + partieel zachtgegloeid Het band of plaat is na het koud vervormen door “gloeien”op de juiste hardheid en sterkte gebracht. Door het koudvervormen is het materiaal harder geworden dan gevraagd werd. Door dit materiaal te gloeien brengt men het terug op de juiste hardheid en sterkte. 3. Koudvervormd + gestabiliseerd Het band of plaat is na het koud vervormen “gestabiliseerd” om het de juiste hardheid en sterkte te geven. Door het koud vervormen is het materiaal harder dan gevraagd werd. Door het materiaal te verhitten bij een lage temperatuur wordt het op de juiste hardheid en sterkte gebracht. Deze aanduiding wordt alleen gebruikt bij legeringen die indien zij niet gestabiliseerd zijn, langzaam zachter worden bij kamertemperatuur. |
Het tweede cijfer achter de H duidt de hardheid aan. 2 = 1/4 hard 4 = 1/2 hard 6 = 3/4 hard 8 = hard 9 = extra hard |
T Warmte-behandeld |
1. Partieel oplosgloeien + natuurlijk verouderd 2. Zachtgloeien (gietlegeringen) 3. Oplosgloeien + koudvervorming 4. Oplosgloeien + natuurlijk verouderd 5. Kunstmatig verouderd 6. Oplosgloeien + kunstmatig verouderd 7. Oplosgloeien + stabiliseren 8. Oplosgloeien + koudvervormd + kunstmatig verouderd 9. Oplosgloeien + kunstmatig verouderd + koudvervormd |
Een 2e cijfer achter T of een 3e achter H duidt op een speciaal extra behandeling. |
W Oplosgebied
|
Toestand definitie |
Hardheid (alleen voor (H-toestand) | |
F |
Zoals geproduceerd. Er zijn geen grenzen voor de mechanische eigenschappen gespecificeerd. |
|
0 |
Zacht gegloeid - producten, die de vereiste eigenschappen voor de zachtgegloeide toestand verkrijgen na warmvervormen, mogen met O-toestand worden aangeduid. |
|
01 |
Een warmtebehandeling ondergaan bij ongeveer dezelfde temperatuur gedurende dezelfde tijd als vereist voor oplosgloeien en vervolgens langzaam afkoelen tot kamertemperatuur (vroeger aangeduid met T41). |
|
02 |
Warmtebehandeling tijdens mechanisch bewerking om de vervormbaarheid te verbeteren, zoals vereist bij superplastisch vervormen (SPF). |
|
03 |
Gehomogeniseerd |
|
H12 |
Verstevigd |
1/4 hard |
H14 |
Verstevigd |
1/2 hard |
H16 |
Verstevigd |
3/4 hard |
H18 |
Verstevigd |
4/4 volledig verstevigd |
H19 |
Verstevigd |
Extra hard |
Hxx4 |
Geldt voor plaat of band met patroon of reliëf vervaardigd in de overeenkomstige Hxx-toestand. |
|
Hxx5 |
Verstevigd |
Geldt voor gelaste buis |
H111 |
Zacht gegloeid en in beperkte mate (minder dan H11) verstevigd tijdens verdere bewerkingen zoals strekken of richten. |
|
H112 |
In beperkte mate verstevigd bij een verhoogde temperatuur of door een beperkte hoeveelheid koudvervormen (grenswaarden voor de mechanische eigenschappen zijn gespecificeerd. |
|
H116 |
Geldt voor aluminium-magnesium legeringen waarvan het magnesiumgehalte gelijk aan of groter is dan 4% en waarvan de grenswaarden voor de mechanische eigenschappen en de weerstand tegen afbladdercorrosie zijn gegeven. |
|
H22 |
Verstevigd gevolgd door op hardheid gegloeid |
1/4 hard |
H24 |
Verstevigd gevolgd door op hardheid gegloeid |
1/2 hard |
H26 |
Verstevigd gevolgd door op hardheid gegloeid |
3/4 hard |
H28 |
Verstevigd gevolgd door op hardheid gegloeid |
4/4 hard (volledig verstevigd) |
H32 |
Verstevigd en daarna gestabiliseerd |
1/4 hard |
H34 |
Verstevigd en daarna gestabiliseerd |
1/2 hard |
H36 |
Verstevigd en daarna gestabiliseerd |
3/4 hard |
H38 |
Verstevigd en daarna gestabiliseerd |
4/4 hard (volledig verstevigd) |
H42 |
Verstevigd en daarna gelakt of geschilderd |
1/4 hard |
H44 |
Verstevigd en daarna gelakt of geschilderd |
1/2 hard |
H46 |
Verstevigd en daarna gelakt of geschilderd |
3/4 hard |
H48 |
Verstevigd en daarna gelakt of geschilderd |
4/4 hard (volledig verstevigd) |
W |
Oplosgegloeid (onstabiele toestand). De periode van natuurlijke veroudering (W2h,...) kan ook worden gegeven. |
|
W51 |
Oplosgegloeid (onstabiele toestand) en spanningsarm gemaakt door een gecontroleerde hoeveelheid strekken. De producten ondergaan na strekken geen verdere vlakbewerking. |
|
W510 |
Oplosgegloeid (onstabiele toestand) en spanningsarm gemaakt door een gecontroleerde hoeveelheid strekken. De producten ondergaan na trekken geen verdere vlakbewerking. (gebruikt voor getrokken buis). |
|
W511 |
Dezelfde omschrijving als W510 met de uitzondering dat een licht vlakbewerking na strekken is toegelaten om te voldoen aan genormaliseerde toleranties. |
|
W52 |
Oplosgegloeid (onstabiele toestand) en spanningsarm gemaakt door stuiken met een blijvende vervorming van 1% tot 5%. |
|
W54 |
Oplostgegloeid (onstabiele toestand) en spanningsarm gemaakt door koud nadrukken (stuiken) in de laatste matrijs (matrijssmeedwerk). |
|
T1 |
Afgeschrikt na warmvervormen en natuurlijk verouderd. |
|
T2 |
Afgeschrikt na warmvervormen, verstevigd en natuurlijk verouderd. |
|
T3 |
Oplosgegloeid, verstevigd en natuurlijk verouderd. |
|
T31 |
Oplosgegloeid, tot ongeveer 1% verstevigd en natuurlijk verouderd. |
|
T351 |
Oplosgegloeid, spanningsarm gemaakt door een gecontroleerde hoeveelheid strekken. De producten ondergaan strekken geen verdere lakbewerking. |
|
T3510 |
Oplosgegloeid, spanningsarm gemaakt door een gecontroleerde hoeveelheid strekken. De producten ondergaanna strekken geen verdere vlakbewerking. (ook gebruikt voor getrokken buis). |
|
T3511 |
Dezelfde omschrijving als T3510 met de uitzondering dat een licht vlakbewerking na strekken is toegelaten om te voldoen aan genormaliseerde toleranties. |
|
T354 |
Oplostgegloeid, spanningsarm gemaakt door koud nadrukken (stuiken) in de laatste matrijs (matrijssmeedwerk). |
|
T36 |
Oplosgegloeid, tot ongeveer 6% verstevigd en natuurlijk verouderd. |
|
T37 |
Oplosgegloeid, tot ongeveer 7% verstevigd en natuurlijk verouderd. |
|
T39 |
Oplosgegloeid en in de juiste mate verstevigd om de gespecificeerde mechanische eigenschappen te bereiken. De versteviging kan voor of na de natuurlijke veroudering worden uitgevoerd. |
|
T4 |
Oplosgegloeid en natuurlijk verouderd. |
|
T42 |
Oplosgegloeid en natuurlijk verouderd. Wordt toegepast bij beproevingsmateriaal dat is warmte behandeld vanuit de zachtgegloeide toestand of vanuit de F-toestand of bij producten die een warmtebehandeling hebben ondergaan vanuit elke hardheidstoestand bij de gebruiker. |
|
T451 |
Oplosgegloeid, spanningsarm gemaakt door een gecontroleerde hoeveelheid strekken. De producten ondergaan na strekken geen verdere vlakbewerking. |
Zoekt u een specialist?